Mijn vader
- Saskia G
- 57 minuten geleden
- 2 minuten om te lezen
De dag waarvan we wisten dat die ging komen is gekomen. De dag waarop mijn vader het aardse leven liet voor wat het was. De dag waarop alles anders werd en de dag waarop het leven doorging.
Al enige tijd merkte ik dat ik aan het terugblikken was, denkend aan mijn vader.
Ik heb een heel bekend beeld voor ogen. Mijn vader in een grijze stofjas en een alpinopet op zijn hoofd. Dat is voor mij heel herkenbaar. Op den duur ontbrak er aan de stofjas een groot stuk stof. Door hem persoonlijk er af geknipt. Ik vermoed dat hij op een bepaald moment dringend een doek nodig had om iets schoon te vegen en dat een stuk van zijn stofjas knippen het meest voor de hand liggend was. Maar dat is slechts een vermoeden. Mijn vader knoeide volgens eigen zeggen nooit maar had toch altijd een doekje nodig. Als hij bij mij thuis kwam om iets te klussen was zijn eerste vraag steevast 'heb je wel even een doekje' gevolgd door de opmerking 'je mag wel even koffie maken'.
Die grijze stofjas en bijbehorende pet droeg hij in zijn werkplaats. Daar waar het allemaal gebeurde. Dat allemaal was vaak het restaureren van antiek, het maken van meubels en wat al niet meer.
Voor mij een kast, een hangoortafel, tot twee keer toe een complete keuken. 'Maak maar een tekening kind' was natuurlijk een graag gehoorde zin. 'Mocht je je nou ooit in hand zagen voel dan eerst achter je rug of alle vingers er nog aan zitten voordat je kijkt' vergeet ik ook niet meer. Alsof ik ooit zou gaan zagen. Dat was niet nodig want daarvoor had ik een vader.
De stofjas en alpinopet is tot op hoge leeftijd gebleven, er viel immers altijd wel iets te klussen.
In de werkplaats hangen nog beitels en vijlen, keurig georganiseerd. De stofjas, zo lang gedragen,
heeft het uiteindelijk niet overleefd. De pet, waarvan men weleens zegt dat die ons allemaal past,
wordt niet meer gedragen, want deze past alleen mijn vader.






Opmerkingen